Waterdicht en stijlvol: badkamervloer storten voor strak afschot en duurzaam comfort
Wil je een strakke, waterdichte badkamervloer met perfect afschot? Ontdek welke materialen het beste werken (zandcement of cementgebonden gietmortel), hoe je afschot en opbouwhoogte slim plant, waterdichting met kimband goed aanpakt en vloerverwarming integreert. Je krijgt praktische stappen, realistische droogtijden, kostenindicaties en veelgemaakte fouten-zodat jij zonder stress een duurzame vloer maakt.

Wat houdt het storten van een badkamervloer in
Een badkamervloer storten betekent dat je een nieuwe, vlakke en waterbestendige basislaag aanbrengt waarop je later tegels of een gietvloer kunt plaatsen. In de badkamer draait het niet alleen om beton storten, maar vooral om de juiste opbouw: een stabiele ondergrond, goede hechting, correct afschot en een waterdichte afwerking. Je begint met het controleren van de ondervloer en brengt een primer aan voor betere hechting. Vervolgens plaats je randstroken langs de wanden om krimp en spanning op te vangen en leg je, waar nodig, een wapeningsnet tegen scheurvorming. Het afschot, de subtiele helling van ongeveer 1 à 2% richting de afvoer of drain, maak je direct tijdens het storten en afreien, zodat water nooit blijft staan.
Als de constructievloer al goed is, stort je meestal een zandcement- of gietmorteldekvloer als uitvlaklaag; bij een nieuwe opbouw kan je eerst een betonnen constructievloer maken. Aansluitingen en hoeken werk je waterdicht af met kimband, een elastische afdichtband die lekkages voorkomt, en je brengt een vloeibare waterdichting aan onder je tegelwerk. Wil je vloerverwarming, dan integreer je die in de dekvloer en houd je rekening met de opbouwhoogte. Na het storten laat je de vloer uitharden en drogen volgens de aangegeven tijden en controleer je het restvocht, zodat je zeker weet dat je veilig kunt tegelen. Zo maak je jouw badkamer vloer duurzaam, strak en waterdicht.
Badkamervloer storten VS badkamervloer maken: het verschil
Als je een badkamervloer stort, breng je een natte laag beton-, zandcement- of gietmortel aan die uithardt tot een stabiele dekvloer. Je maakt meteen afschot naar de drain, kunt vloerverwarming insluiten en creëert een sterke basis om te tegelen of een gietvloer te gieten. Een badkamervloer maken is breder: dat is de complete opbouw van ondergrond tot afwerking, inclusief primer, waterdichting (kimband en afdichtcoating), isolatie, eventuele egalisatielaag en de uiteindelijke tegel- of gietafwerking.
Bij nieuwbouw of wanneer de ondervloer scheef of slecht is, kies je vaak voor vloer storten in de badkamer. Bij renovatie met beperkte opbouwhoogte kun je de vloer maken met droogbouw, egaliseren of tegel-over-tegel.
Afschot en opbouwhoogte: basisregels voor douche en badkamer
Goed afschot voorkomt plassen en lekkage. Richt in de douchezone op 1,5-2% helling naar de drain (1,5-2 cm per meter), in de rest van de badkamer is 1-1,5% vaak genoeg. Leg dit afschot in de dekvloer zelf en niet in de tegellijm, zodat je een vlakke, stabiele basis houdt. Opbouwhoogte draait om stapelen zonder verrassingen: denk aan primer, waterdichting en kimband, dekvloer, eventueel vloerverwarming, tegellijm en tegel of gietvloer.
Bij een dorpelvrije inloopdouche plan je vaak een verlaagde constructievloer of een slanke, lage drain om voldoende afschot te halen. Hou minimale diktes aan: een zandcementdekvloer is meestal 30-50 mm, met minimaal circa 30 mm dekking boven verwarmingsbuizen. Egaliseren kan in millimeters, maar corrigeert geen grote hoogteverschillen. Check alles met rei of laser voordat je gaat tegelen.
[TIP] Tip: Controleer afschot 1-2% naar de afvoer vóór het storten.

Materialen en opbouw van je badkamervloer
Een duurzame badkamervloer begint met de juiste materiaalkeuze én een doordachte laagopbouw. Op een stabiele draagvloer breng je eerst een geschikte primer aan voor hechting, gevolgd door waterdichte details zoals kimband in hoeken en rond doorvoeren. Voor het storten kies je in de badkamer bij voorkeur een cementgebonden dekvloer: zandcement of een cementgebonden gietmortel, omdat die vochtbestendig zijn en zich goed laten vormen met afschot. Anhydriet (gipsgebonden) gebruik je liever niet in natte zones, tenzij volledig afgesloten en volgens strikte richtlijnen. Wil je vloerverwarming, dan leg je die op isolatie en fixeer je de buizen voordat je stort; vezelwapening of een licht wapeningsnet helpt tegen krimp en scheuren.
Het afschot maak je in de dekvloer zelf richting de douchegoot of put. Bovenop de dekvloer volgt een vloeibare waterdichting met aansluitend tegellijm en tegels, of een waterdichte gietvloer. Werk je met beperkte opbouwhoogte of op hout, dan zijn droogbouwplaten en een ontkoppelingsmat een slimme oplossing. Zo bouw je laag voor laag een sterke, waterdichte basis die klaar is voor intensief dagelijks gebruik.
Beton storten, zandcement of gietmortel: wat kies je in de badkamer
Deze vergelijking helpt je kiezen tussen beton storten, een zandcementdekvloer of een (cementgebonden) gietmortel voor de badkamervloer, met focus op geschiktheid, opbouwhoogte/afschot en droogtijden.
| Materiaal | Waarvoor kiezen in de badkamer | Opbouwhoogte & afschot | Droogtijd tot tegelen (indicatief) |
|---|---|---|---|
| Constructiebeton (vloer storten) | Als dragende vloer of op nieuwbouw/uitbouw; combineer voor afwerking altijd met waterdichting en vaak een separate dekvloer. | Dikte meestal 70-120+ mm; afschot integreren is onpraktisch-maak afschot in de dekvloer (1-2%). | Beloopbaar 24-48 u; tegelklaar doorgaans na 3-4 weken, afhankelijk van restvocht en klimaat. |
| Zandcementdekvloer | Veelgebruikte dekvloer voor badkamers; geschikt voor doucheafschot en vloerverwarming; altijd waterdicht afwerken. | Dikte 40-60 mm (min. ~35 mm, meer boven leidingen); afschot 1-2% eenvoudig te vormen. | Vuistregel ~1 cm/week; sneldrogend: vaak 24-72 u tegelklaar (volg productblad). |
| Cementgebonden gietmortel (zelfnivellerend) | Voor egaliseren of dun opbouwen; geschikt in badkamer boven waterdichting; ideaal bij beperkte opbouwhoogte. | Dikte ca. 3-30 mm; afschot in dunne laag beperkt-vorm helling eerst met (zand)cement of hellingsmortel. | Snel: ~3-24/48 u; standaard: 24-72 u tot tegelen, afhankelijk van laagdikte en product. |
| Anhydriet gietdekvloer (calciumsulfaat) | Alleen toepassen als de ruimte volledig waterdicht wordt afgewerkt; in natte zones (douche) liever vermijden of extra maatregelen (primer, sealer, kimband). | Dikte 35-60 mm; afschot aanbrengen is lastig-meestal vlak storten en aparte hellingslaag gebruiken; sinterlaag na drogen schuren. | Droogt traag: ~1 week/cm t/m 4 cm, daarna ~2 weken/cm; tegelen pas na bereiken voorgeschreven restvocht. |
Kort gezegd: kies zandcement voor afschot en robuustheid, cementgebonden gietmortel voor snel en dun egaliseren, en gebruik constructiebeton enkel als dragende basis; anhydriet vraagt extra zorg en is minder geschikt voor natte zones.
Beton gebruik je vooral als constructievloer of als je veel hoogte moet opvangen; het is sterk, maar minder geschikt om precies afschot in te vormen en vraagt vaak nog een aparte dekvloer. Voor de afwerklaag kies je meestal zandcement of een cementgebonden gietmortel. Zandcement is betaalbaar, goed te modelleren met afschot en geschikt voor vloerverwarming, maar het droogt trager en vraagt vakmanschap bij het afreien.
Cementgebonden gietmortel is zelfnivellerend, snel beloopbaar en lekker vlak, ideaal bij strakke planning, maar je moet het afschot vooraf met profielen of een combinatie met traditioneel afreien organiseren. Vermijd anhydriet (gips) in natte zones. Welke optie je kiest hangt af van opbouwhoogte, gewenste droogtijd, vlakheid en of je vloerverwarming wilt integreren.
Laagopbouw: ondergrond, primer, kimband en waterdichting
Een betrouwbare badkamervloer begint bij een strakke ondergrond: maak alles stof- en vetvrij, verwijder losse delen en vul scheuren of gaten zodat de dekvloer overal goed ondersteunt. Daarna kies je de juiste primer om de hechting te verbeteren en de zuiging te reguleren; gebruik een primer die past bij de ondergrond, bijvoorbeeld zuigend beton of juist een niet-zuigende, dichte laag. Vervolgens breng je de waterdichting aan. Werk met een vloeibare afdichting en leg kimband – een elastische afdichtband – nat-in-nat in alle hoeken, naden en rondom doorvoeren en de douchegoot.
Plaats manchetten bij leidingen en maak opstanden van circa 10-15 cm tegen de wanden. Breng een tweede laag afdichting kruislings aan en respecteer de droogtijden. Zorg dat het afschot al in de dekvloer zit voordat je waterdicht. Zo voorkom je lekkage en krijg je een duurzame basis voor tegels of gietvloer.
Vloerverwarming integreren: nat of droog systeem
Bij een nat systeem leg je verwarmingsbuizen op isolatie en stort je ze in de dekvloer, waardoor de warmte gelijkmatig verspreidt en de vloer comfortabel aanvoelt. Je houdt circa 30-40 mm dekking boven de buizen aan, plaatst randstroken en volgt een opstookprotocol (geleidelijk opwarmen en afkoelen) om scheuren te voorkomen. Het nadeel is een langere droogtijd en tragere reactie. Een droog systeem werkt met voorgefreesde platen en warmteverdelerplaten; de opbouw is laag, licht en snel te plaatsen, ideaal bij renovatie of op hout.
Het reageert sneller, maar vraagt een vlakke ondergrond en soms een ontkoppelingsmat onder tegels. In beide gevallen plan je het afschot vooraf en houd je leidingen weg uit de directe douchegootzone voor een strakke, waterdichte afwerking.
[TIP] Tip: Breng waterdichte primer aan en behoud 1-2% afschot richting drain.

Stappenplan: vloer in de badkamer storten
Zo stort je stap voor stap een badkamervloer met correct afschot en een duurzame opbouw. Volg deze aanpak voor zandcement of gietmortel, met of zonder vloerverwarming.
- Voorbereiden: maak de ondergrond schoon en stabiel, bepaal opbouwhoogte, afvoerpositie en afschot (richtwaarde 1-2%) met laser of rei, markeer natte en droge zones; breng een passende primer aan en plaats randstroken langs alle wanden; monteer de afvoer/goot en test op lekkage; leg eventueel isolatie en vloerverwarming, fixeer de buizen en plan het afschot met geleidelatten of profielen.
- Storten en afreien: meng zandcement- of gietmortel volgens specificatie tot een homogene massa; begin achterin en werk naar de deur, verdeel en verdicht licht (niet verzuipen met water); trek af over geleidelatten en behoud het afschot richting goot/sifon; controleer continu hoogte, draininlaat en dekking boven vloerverwarming (ca. 30-45 mm); maak het oppervlak dicht en breng waar nodig dilataties aan rond opstanden en tussen nat/droog.
- Uitharden en drogen: bescherm tegen tocht, zon en te snelle droging (folie/afdekken); loopbelastbaar na ca. 24-48 uur, zwaarder belasten na ca. 7 dagen; start bij vloerverwarming het opstookprotocol en wacht met afwerken tot de juiste restvochtwaarde is bereikt (indicatie CM: cement < 2%, anhydriet < 0,5%); egaliseer plaatselijk indien nodig en breng daarna waterdichting aan (kimband in hoeken/doorvoeren en 2 lagen vloeibare membraan) voordat je gaat tegelen of een gietvloer aanbrengt.
Neem de tijd voor elke fase en wijk niet af van de droog- en opstooktijden. Zo krijg je een strakke, waterdichte vloer die lang meegaat.
Voorbereiden: meten, aftekenen en randstroken plaatsen
Een strakke start bepaalt het resultaat. Maak de ondergrond schoon en bepaal je referentiehoogte met een laser of waterpas: vertrek vanuit de uiteindelijke vloerafwerking en reken terug naar de dekvloerdikte en het gewenste afschot. Teken op de wanden een duidelijk nulniveau en markeer het laagste punt bij de drain, inclusief de hellinglijnen richting douche en de overgang naar de droge zone. Check of je voldoende opbouwhoogte hebt voor vloerverwarming, afvoer en sifon en controleer doorvoeren op de juiste positie en hoogte.
Plaats vervolgens randstroken langs alle wanden, kozijnen en obstakels; kies elastische schuimstroken van 5-10 mm die hoger zijn dan de uiteindelijke vloer. Fixeer ze met lijm of tape, sluit naden goed en bescherm de drainflens, zodat je vloer spanningsvrij kan krimpen en netjes waterdicht kan worden afgewerkt.
Storten en afreien: mengverhouding, verwerking en controle op afschot
Voor zandcement hanteer je doorgaans een mengverhouding van circa 1 deel cement op 4-5 delen scherp zand en voeg je zo weinig water toe dat het mengsel “aardevochtig” is: bij een knijptest blijft het samen zonder te druipen. Voor gietmortel of beton volg je strikt de verwerkingsrichtlijnen van de fabrikant of centrale. Stort van achter naar voren, verdicht licht met schop of rei en trek af langs je geleidelatten.
Werk het oppervlak dicht met een rei en spaan, zonder te overwerken of water toe te voegen. Controleer voortdurend het afschot met laser of waterpas: mik op 1,5-2% naar de drain en 1-1,5% in de rest. Corrigeer direct, want na het begin van het aanzetten lukt bijwerken niet meer. Bescherm tegen tocht en te snelle droging.
Uitharden en drogen: wanneer je kunt tegelen of een gietvloer aanbrengt
Na het storten is de vloer meestal na 24-48 uur beloopbaar, maar dat is nog geen groen licht om te bekleden. Een zandcementdekvloer heeft circa 1 week per centimeter nodig tot 4 cm, daarboven langer, en bereikt pas na ongeveer 28 dagen zijn eindssterkte. Ventileer gelijkmatig, voorkom tocht en direct zonlicht, en volg bij vloerverwarming een opstookprotocol: geleidelijk op, daarna weer laten afkoelen. Tegelen kan zodra het restvocht voldoet; meet dit met de CM-methode en mik op maximaal 2,0 CM% (met vloerverwarming liefst 1,8 CM%).
Voor een gietvloer gelden vaak strengere eisen, houd aan wat de leverancier voorschrijft en reken met maximaal 2,0 CM% of lager. Werk bij voorkeur pas waterdicht af en bekleed als de vloer stabiel, droog en scheurvrij is, zodat je geen spanning of blaasvorming in je afwerking krijgt.
[TIP] Tip: Stort in banen vanaf verste hoek; behoud 2% afschot naar afvoer.

Kosten, planning en veelgemaakte fouten
De kosten voor een badkamervloer storten hangen af van oppervlakte, materiaalkeuze, bereikbaarheid en of je vloerverwarming integreert. Reken voor een kleine badkamer vaak op een starttarief, met gemiddeld 45-75 euro per m² voor een zandcementdekvloer en 60-95 euro per m² voor een cementgebonden gietmortel; waterdichting kost meestal 15-30 euro per m² extra, een douchegoot 150-350 euro en vloerverwarming 40-70 euro per m². In je planning neem je naast de werkdag(en) ook droog- en uithardtijden mee: beloopbaar na 24-48 uur, tegelen pas bij het juiste restvocht en bij vloerverwarming eerst het opstookprotocol.
Stem het hoogteplan af met je loodgieter en tegelzetter, leg materiaal en leveringen vast en plan een vochtmeting voordat je afwerkt. Veelgemaakte fouten zijn te weinig opbouwhoogte in de douchezone, afschot in de tegellijm willen maken in plaats van in de dekvloer, verkeerde primer of geen randstroken gebruiken, anhydriet toepassen in natte zones, te snel willen tegelen en slordig uitgevoerde waterdichting rond hoeken, doorvoeren en drain. Door budget, volgorde en details strak te managen, maak je jouw badkamer vloer duurzaam, waterdicht en klaar voor jarenlang zorgeloos gebruik.
Kosten per M² en belangrijkste prijsbepalers
Voor een badkamervloer storten betaal je gemiddeld 45-75 euro per m² voor een zandcementdekvloer en 60-95 euro per m² voor een cementgebonden gietmortel, afhankelijk van dikte, vlakheidseis en regio. Kleine badkamers rekenen vaak een starttarief, waardoor de prijs per m² hoger uitvalt. De grootste prijsbepalers zijn de gekozen mortel (standaard, snelcement of gietmortel), de opbouwhoogte, het aantal vierkante meters, bereikbaarheid (begane grond of verdieping, wel of geen pomp) en het extra werk.
Reken voor waterdichting 15-30 euro per m², vloerverwarming 40-70 euro per m² en een douchegoot 150-350 euro. Egaliseren of ontkoppelen voegt meestal 8-20 euro per m² toe. Versneld drogen, sloopwerk of lastige planning kan meerkosten geven, terwijl combineren met ander vloerenwerk juist prijsvoordeel kan opleveren.
Planning en droogtijden in jouw project
Een strakke planning begint met realistische droogtijden. Na het storten is de vloer meestal na 24-48 uur beloopbaar, maar tegelen doe je pas wanneer het restvocht klopt: voor zandcement mik je op maximaal 2,0 CM% en met vloerverwarming liever 1,8 CM% of lager. Reken grofweg 1 week droogtijd per centimeter tot 4 cm; dikkere lagen duren langer, tenzij je sneldrogend materiaal kiest.
Plan het opstookprotocol tijdig in: rustig opwarmen, stabiliseren en weer afkoelen voordat je gaat afwerken. Stem data voor de loodgieter, tegelzetter en eventuele glaszetter of kitter op elkaar af, en zorg dat drain, afvoer en materialen op locatie zijn voordat je stort. Goede ventilatie zonder tocht versnelt gelijkmatig, haast en forceren levert bijna altijd problemen op.
Veelgemaakte fouten en hoe je ze voorkomt
Bij het storten van een badkamervloer gaan fouten vaak al in de basis mis. Dit zijn de valkuilen én hoe je ze voorkomt.
- Plan voldoende opbouwhoogte in de douchezone en leg het afschot altijd in de dekvloer; probeer het nooit te corrigeren met tegellijm.
- Voorkom scheuren door randstroken te plaatsen; kies de juiste primer voor je ondergrond en vermijd anhydriet in natte zones.
- Werk waterdicht met kimband in alle hoeken en doorvoeren en breng twee lagen afdichting aan volgens de droogtijden; meng de mortel niet te nat en bescherm tegen tocht en zon; meet het restvocht vóór tegelen en volg bij vloerverwarming het opstookprotocol.
Met deze aanpak verklein je het risico op lekkage, losliggende tegels en dure herstelkosten. Zo krijg je een duurzame, probleemvrije badkamervloer.
Veelgestelde vragen over badkamervloer storten
Wat is het belangrijkste om te weten over badkamervloer storten?
Badkamervloer storten betekent een watervaste dekvloer aanbrengen met correct afschot naar drain of put, op de juiste opbouwhoogte. Kies passend materiaal (zandcement, gietmortel), integreer desgewenst vloerverwarming, en respecteer waterdichting, uitharding en droogtijden.
Hoe begin je het beste met badkamervloer storten?
Start met meten en aftekenen van afschot en opbouwhoogte, controleer drainhoogte en doorvoeren. Reinig en stofzuig de ondergrond, breng primer aan, plaats randstroken, kit manchetten en kimband, en bereid mortel, rei-latten en gereedschap voor.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij badkamervloer storten?
Te weinig of ongelijk afschot, ontbreken van randstroken, verkeerde primer, vergeten kimband rond hoeken en doorvoeren, te natte mortel, te snel belasten, en onvoldoende dekking boven vloerverwarming veroorzaken scheuren, lekkage en losse tegels.